Inleiding
De afgelopen jaren is er bij ASVZ veel aandacht besteed aan de betekenis en
de relevantie van vrijwilligerswerk binnen de organisatie en de
maatschappij.
Vrijwilligers zijn een belangrijke waarde voor de organisatie en aanvulling
op het netwerk voor de cliënten.
Dit betekent dat:
·
ASVZ als organisatie actief wil blijven, om ook
in de toekomst voldoende vrijwilligers te kunnen inzetten en behouden.
·
De afstemming tussen vraag en aanbod en de
afstemming tussen vrijwilliger en beroepskracht essentieel is en vraagt om een
voortdurende dialoog.
In dit beleid staat beschreven hoe dit georganiseerd is.
Doel van het beleid:
“ASVZ heeft tevreden vrijwilligers als duurzame en toereikende
aanvulling op het sociaal netwerk voor de cliënt.”
Uitgangspunten
Belangrijkste uitgangspunt is :
·
De vraag van de cliënt staat centraal.
1. Samen pakken we de zorg aan; hoe doen we dat?
ASVZ kiest ervoor de scheiding tussen beroepsmatige zorg en vrijwillige
zorg te bewaken. Het onderscheid tussen het werk van beroepskrachten en de
inzet van vrijwilligers in de zorg is over het algemeen goed aan te geven.
Iedere situatie vraagt om een goede afweging t.a.v. de risico’s die voortkomen
uit de invulling van het vrijwilligerswerk en de handelingen die worden
uitgevoerd oor een vrijwilligers. Naast de inhoud van deze notitie zal het
zorgvuldig handelen vragen om overleg tussen betrokkenen en waar nodig het
betrekken van de coördinator vrijwilligers. Het vastleggen van afspraken is
hierbij een vereiste
Het vrijwilligerswerk wordt al dan niet uitgevoerd in aanwezigheid van een
medewerker van ASVZ. Er kunnen zich situaties voordoen waarbij in het kader van
de aard van de activiteiten dit niet het geval is. In deze situaties is van
belang dat er een goede afweging wordt gemaakt tussen de wenselijkheid voor de
cliënt, de eventuele risico’s die dit met zich meebrengt t.a.v. verantwoorde
zorg- en dienstverlening en de risico’s voor de vrijwilliger. De
verantwoordelijkheid voor deze afweging ligt bij de teamleider. De afspraken
hierover worden vastgelegd in het IP.
Voorbehouden handelingen
Voorbehouden handelingen vallend onder de BIG-wet mogen niet door een
vrijwilliger worden uitgevoerd. Voorbeelden hiervan zijn: toedienen van
medicatie ,handelen bij epilepsie, handelen bij diabetes.
Naast deze genoemde handelingen dient er ook aandacht te zijn voor
elementen als evt. aanwezige verslikproblematiek, pijnklachten en andere
somatische problematiek welke ernstig ongemak en/of risico’s voor de cliënt met
zich meebrengen. In die situaties dient ook beoordeeld te worden vanuit zowel
het cliënt belang, als het belang van de vrijwilligers de handeling uitgevoerd
mag worden door de vrijwilliger. Ook deze afspraken hierover dienen te worden
vastgelegd.
Indien er sprake van is van voornoemde situaties, zal de vrijwilliger
geschoold worden. De teamleider is verantwoordelijk voor het aanbieden van de
(bij)scholing. De binnen ASVZ geldende protocollen zijn in die situaties van
kracht en dienen dus ook bekend te zijn bij de vrijwilliger. De teamleider
meldt aan de coördinator vrijwilligers dat een vrijwilliger een risicovolle
handeling gaat uitvoeren, met vermelding van de datum van de ontvangen
scholing/instructie. Ook herscholingen worden door de teamleider gemeld. Dit wordt
geregistreerd in het registratiesysteem vrijwilligers. ZLIM zal worden ingezet
om tijdige herscholing van de vrijwilliger te bewaken. Een vrijwilliger kan
nooit verplicht worden tot het uitvoeren van risicovolle handelingen.
2. Welke afspraken willen we maken met de vrijwilliger?
Cliënten zien de vrijwilliger als toegevoegde waarde in hun bestaan. ASVZ
vindt het daarom belangrijk om de vrijwilliger te behouden. Dit kan alleen door
het continue voeren van de dialoog, het maken van afspraken en het scheppen van
voorwaarden.
De belangrijkste voorwaarden zijn dat de vrijwilliger:
·
waardering krijgt voor de inzet van zijn/haar
tijd.
·
een kennismaking- en inwerkperiode krijgt onder
begeleiding van een vaste medewerker.
·
een reis- en/of onkostenvergoeding tot 250
kilometer per maand krijgt voor woon -werk verkeer.
·
informatie, begeleiding, overleg/evaluatie en
scholing krijgt.
·
indien gewenst een getuigschrift of certificaat
krijgt.
·
zorgvuldige behandeling van de persoonlijke
gegevens van de vrijwilliger krijgt.
·
het gebruik van opvang mogelijkheden krijgt.
Zoals bijv. opvang na schokkende gebeurtenissen en de vertrouwenspersonen.
·
jaarlijks uitgenodigd wordt voor het
vrijwilligers feest en ontvangen attenties t.a.v. speciale gebeurtenissen zoals
jubileum en internationale dag van de vrijwilliger.
·
ASVZ heeft voor haar vrijwilligers een Wettelijke
Aansprakelijkheidsverzekering en een Ongevallenverzekering afgesloten.
Daarnaast zijn ook alle cliënten WA verzekerd. Indien vrijwilligers cliënten meenemen
in hun eigen auto, geldt de werkinstructie: vervoer cliënten met
medewerkers-vrijwilligers.
Daarnaast mogen vrijwilligers gebruik maken van een selectie van de
activiteiten die worden bepaald georganiseerd door de personeelsvereniging.
Zo belangrijk als de voorwaarden zijn voor de vrijwilliger, zo belangrijk
is om het uiteindelijke doel niet uit het oog te verliezen. De cliënt staat
hierin centraal en het is belangrijk om hierover goede afspraken met elkaar
over te maken.
ASVZ vindt het belangrijk dat de vrijwilliger :
·
zich conformeert aan de huisregels van de
locatie.
·
de introductiebijeenkomst voor vrijwilligers bij
woont. Zo krijgt de vrijwilliger een goed beeld van de organisatie.
·
zich bij afwezigheid tijdig af te melden.
·
zich houdt aan de gedragscode wat o.a. inhoudt
dat de vrijwilliger zich dient te onthouden van mededelingen aan derden over
zaken die hem uit zijn positie als vrijwilliger bekend zijn geworden, over de
cliënten. Dit geldt ook na beëindiging van de vrijwilligersovereenkomst.
Iedere vrijwilliger dient in het bezit te zijn van een Verklaring Omtrent
Gedrag (VOG). Bij de aanvang van het vrijwilligerswerk dient de vrijwilliger
een recent (niet ouder dan 3 maanden) VOG in te leveren. Zonder VOG kan het
vrijwilligerswerk niet starten. Gezien het gegeven dat een VOG een momentopname is,
dient iedere 4 jaar een nieuw VOG te worden ingeleverd.
Uitzondering hierop zijn de cliënten die vrijwilligerswerk doen. Voor
vrijwilligers die slechts éénmaal worden ingezet geldt een vrijstelling voor
het VOG. Er wordt dan gebruik gemaakt van een tijdelijk contract. Voorwaarde
hierbij is dat de vrijwilliger nooit alleen in contact is met de cliënt. Indien
de éénmalige inzet betrekking heeft op een meerdaagse activiteit geldt deze
vrijstelling niet.
3. Wat als er een geschil is ontstaan?
Geschillen tussen vrijwilligers en cliënten/medewerkers worden met voorkeur
door betrokkenen zelf bespreekbaar gemaakt. Daarbij kan het initiatief zowel
van de vrijwilliger als van de cliënt/medewerker uitgaan.
Mocht men er onderling niet uitkomen, dan kan er contact opgenomen worden
met de teamleider en/of de coördinator vrijwilligers. In overleg met alle
betrokkenen zal er vervolgens naar een oplossing worden gezocht. Hierbij kan
eventueel de verantwoordelijk manager om advies worden gevraagd.
De vrijwilliger kan ook gebruik maken van de klachtenregeling medewerkers.
Bij onverantwoorde situaties en duurzame conflicten behoudt ASVZ zich het
recht voor de overeenkomst te ontbinden.
4. Hoe gaan we om met maatschappelijke Stages?
ASVZ biedt MaS plaatsen aan schoolgaande jongeren om hen te laten
kennismaken met de zorg en dienstverlening en vrijwilligerswerk voor mensen met
een verstandelijke beperking. Tevens worden jongeren enthousiast gemaakt voor
de zorg- en dienstverlening aan mensen met een verstandelijke beperking.
Contacten met scholen en gemeentes t.a.v. maatschappelijke stages lopen via
de coördinator vrijwilligers. Vanwege de aard van het werk en de contacten met
cliënten vindt ASVZ het niet verantwoord om jongeren onder 15 jaar of voor het
2e leerjaar van het middelbaar onderwijs binnen ASVZ hun maatschappelijke
stages te laten doen.
Maatschappelijke stages worden altijd uitgevoerd in aanwezigheid van een
medewerker van ASVZ.
ASVZ kan alleen leerlingen hun MAS laten doen indien zij door school
verzekerd zijn.
Bij maatschappelijke stages is er geen sprake van de verplichting om een
VOG in te leveren.
Voor maatschappelijke stages is de Arbeidsomstandighedenwet van kracht.
Hierin wordt onder meer bepaald op welke tijden de maatschappelijke stage
uitgevoerd mogen worden.
5. Wat kunnen bedrijven voor ASVZ betekenen?
In toenemende mate melden bedrijven zich om in het kader van bedrijfsdagen
en/of teambuildingactiviteit vrijwilligerswerk te doen binnen ASVZ. Naast deze
activiteiten is er een toenemende vraag vanuit het maatschappelijk verantwoord
ondernemen. Vaak gaat het dan om grote(re) aantallen medewerkers van een
bedrijf die tegelijkertijd actief willen zijn.
De invulling van dit type vrijwilligerswerk is over het algemeen:
·
Ondersteuning bij een grote recreatieve
activiteit.
·
Ondersteuning bij de dagactiviteiten.
·
Het uitvoeren van klussen, onderhoud etc.
ASVZ maakt graag gebruik van deze vorm van vrijwilligerswerk.
De contacten met de bedrijven lopen via de coördinators vrijwilligerswerk.